dinsdag 29 december 2009

Zendamateurs


In het heuvelachtige bos leken de paden vandaag meer op ijsbanen dan op zachte, verende bosgrond. Aangezien wij besloten hadden een eind door het bos te fietsen, kwamen de spiegelgladde weggetjes niet goed van pas. Toch zetten we door, dan maar glibberend en klunend met de tandem aan de hand voortploegen. Uiteindelijk bereikten we 'De Kathedraal', een gebouw uit 1920 dat werd neergezet om radio-uitzendingen naar Nederlands Indië te bewerkstelligen.

Wij vielen met onze neus in de boter, want we belandden midden in een 'on going event'. Er was dikke, drabberige erwtensoep boven een echt vuurtje en je kon het gebouw van binnen bezichtigen. Er startte juist een rondleiding over het buitenterrein. Natuurlijk gingen we mee.

Onze gids bleek vrijwilliger bij Staatsbosbeheer. Hij was meer dan dat, hij straalde een en al opgeruimdheid en positiviteit uit en ging de troepen als een ware akela voor. Zijn outfit bestond uit een trui en niet eens een paar handschoenen, zo nam hij ons onverdroten anderhalf uur mee door de versteende en inmiddels bevroren geschiedenis van Radio Kootwijk. Langzaam maar zeker, ik denk ergens bij de watertoren, verloor ik het gevoel uit mijn vingers. Bij de afgebrande vrijgezellen-ambtenarenwoning was ik ook alle contact met mijn tenen kwijt. Honger, dorst, uitputting en kou eisten steeds meer hun tol en uiteindelijk, terug bij de vijver, hadden we genoeg kennis opgedaan om zonder gids verder te gaan. Ik smachtte naar iets warms, maar het restaurantje bleek inmiddels dicht.

De schemer daalde neer over de vreemde betonnen constructie, ik maakte nog snel een foto en toen was het tijd om te gaan. Op ons stalen ros trapten we kleumend terug door het bos. Onze akela scheurde vrolijk zwaaiend in zijn jeep voorbij. Jammer. Hem had ik met paard en wagen verwacht.

maandag 28 december 2009

Hypet u?


Flashmobbing is een zwaar tanende hype, dogging stagneert behoorlijk en over twitteren hoeven we het hier niet eens meer te hebben. De ene hype is amper tot de gemiddelde mens doorgedrongen of de volgende stormt alweer op ons af.

In het weekblad van de TU Delft las ik: 'Hypes zijn in' wat volgens mij betekent dat 'al die hypes' een hype is. Volgens de schrijver in het weekblad echter zijn hypes een blijvend verschijnsel en in dat geval concludeer ik dat er sprake is van een gestaag groeiende trend: de hypetrend.

Nu ken ik wel een paar twitteraars en die doen dat vooral omdat het 'leuk is en zo helemaal in het moment' en daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Je staat bijvoorbeeld met z'n allen bij een concert en je twittert 'Allemaal twee handen in de lucht bij het volgende nummer' en voilà: flashmob! Heel sociaal en vooral heel 'wij', dat is waar het allemaal om gaat.

Er zijn ook andere hypes namelijk de mediahypes. Het begint met een overdosis media-aandacht voor iets onbenulligs, bijvoorbeeld een 'zeilmeisje' en voor je het weet zegt je buurmeisje van 6: 'Later word ik Zeilmeisje.' Een tijdje was er ook een breezersletjeshype, maar daarover hoor ik nu niemand meer. Waarschijnlijk zijn de breezers ook alweer uit.

Het woord 'hype' trouwens is een afgeleide van het Griekse woord hyper en geeft aan dat iets bovengemiddeld is. Dus eigenlijk is het helemaal niet zo nieuw, dat gehype. Er was sinds die Grieken dat woord bedachten namelijk altijd wel iets bovengemiddelds te benoemen. Hyperinfaltie, hypercorrect, hyperentertainment, maar vooral de medische wetenschap wist er flink gebruik van te maken. En dat is een handig weetje voor de gemiddelde mens die niet beschikt over Iphones om tijdens Lowlands te twitteren of aan wie de C-1000 kerstballenhype helemaal voorbij is gegaan. Je kunt dan altijd nog zeggen: 'Nee, de Gooise vrouwen heb ik gemist, maar zelf ben ik al jaren hyper' (of: ik hyperventileer, ben hypermobiel, heb hypertensie enzovoort).


.

zondag 27 december 2009

Voorlopen


Vanaf augustus waren de winkels helemaal Sinterklaas, sinds oktober staan er overal versierde kerstbomen en vuurwerk heeft in alle toonsoorten al geknald. Het is kortom tijd voor mooi, zacht voorjaarsweer en lammetjes in de wei.

Vandaag zocht ik om die reden sneeuwklokjes. Na een lange wandeling moest ik toch constateren dat er nog geen eentje bloeit. Dat wist ik natuurlijk wel, maar dat deed aan het gevoel dat mijn winter voorbij is niets af. Ik bedoel maar: wie heeft ooit bedacht dat het romantisch is als er sneeuw ligt met kerst? Weet je wat ik romantisch vind? Inderdaad, sneeuwklokjes. En kersenbloesem, kleine eendjes in de vijver en dat iedereen geen jas aan hoeft. Maar daar hoor je nooit iemand over tijdens de kerst.

Gelukkig valt er wel iets te beïnvloeden, en dat heb ik dan ook gedaan. Begrijp me niet verkeerd: ik hou best van tradities, maar om ze dan ieder jaar in dezelfde voorspelbare volgorde uit te voeren, das een ander verhaal. Daarom had ik de kerstboom versierd met kleine gekleurde eitjes met pastelkleurige lintjes er aan. Bovenop prijkte een melkchocolade paaskip. Mijn 4 kleine nichtjes mochten eieren zoeken in de tuin. Met een rieten mandje en zonder handschoenen aan. Daarna zijn we de rozen gaan snoeien. Op tweede kerstdag gingen we dauwtrappen. Ik had een leuke picknickmand vol lekkers mee. De koffie bleek bevroren, maar dat mocht de pret niet drukken, het was heerlijk rustig in het bos. Alleen het weer deed niet mee. Dat draait altijd en eeuwig maar in hetzelfde saaie ritme zijn seizoenen af. Kunnen we daar niet eens wat aan doen?

donderdag 24 december 2009

blackberry singing in the dead of night



Sinds eergisteren werk ik niet meer. Ik heb het niet over 'vakantiedagen opmaak-vrij' en ook geen 'stand by bel me in geval van crisis-vrij', maar over een 'totaal onbereikbaar vrij'. Bijna een 'navelstreng doorgeknipt-vrij'. Het is namelijk een 'los van m'n blackberry-vrij'. En dat is wel héél erg vrij.

Dinsdag sloot ik voor de laatste keer de deur van mijn werkkamer op de 5e verdieping. Een hoekkamer met superieur uitzicht, maar er stond die dinsdag alleen nog een lege kast en een groot leeg bureau. Er was niets meer dat mij nog verbond met de kamer waar ik zo lang gezeten had, behalve dan misschien de vaste telefoon met mijn naam in het display. Ik nam voor de laatste keer de krakende lift, liep met mijn toegangspas door een binnendeur langs de beveiliging naar de postkamer en legde daar voorzichtig de blackberry, mijn toegangspas en de NS-businesscard voor de neus van de postkamer man. Alle statussymbolen die ik bezat legde ik voor zijn neus neer. Ik stond daar maar wat en kreeg er geen woord meer uit.

Nu zijn we twee dagen verder en vul ik de leegte met het voorbereiden van kerstdiners. Dat lukt tot nu toe aardig. Het gekke is dat ik hem nog steeds hoor, die goeie ouwe ringtone. Midden in de nacht, op straat of bij de kassa in de supermarkt, het maakt niets uit, ik hoor hem overal. Ik heb me laten vertellen dat het erbij hoort, bij het afscheid proces. Het is een fantoomgeluid, een 'schijntone' die in de cortex verankerd ligt en wacht tot er een onbegrijpelijke aanleiding is om alle synapsen aan te sporen tot actie. Er schijnt zelfs een speciale kliniek voor te zijn. Vanwege de crisis hebben zoveel mensen hun mobiel moeten inleveren, dat het ringtonesyndroom inmiddels is opgenomen in de Great Neurologic Wikipedia. Het verschijnsel kan langzaam uitdoven of jaren blijven bestaan. Ik hoop echt op het eerste. Stel je voor dat hij blijft afgaan tijdens het kerstdiner..






...

maandag 21 december 2009

Uit je dak




Het was een feestdag in de Herberg en daarom fietste ik op zaterdagochtend bij een temperatuur van -13 graden flink door. Deels uit nieuwsgierigheid, deels uit oprechte belangstelling. Het kon niet missen: rond de grote, oude villa waren tenten opgezet, vuurtjes brandden her en der en de zendauto van RTV Gelderland stond pontificaal op de oprit geparkeerd. Ik zette mijn fiets zorgvuldig op slot en betrad het terrein.

Daar stonden ze bij de vuurtjes. Ze paften zware Sjek en dronken hete chocolademelk. In de tent verderop kon iedereen kerststukjes maken en koek en zopie nemen, zoveel men beliefde. En men beliefde veel, heel veel. Natuurlijk waren er ook wat locale gerenommeerden, want een beetje charitatief zijn doet het goed in deze tijd van het jaar. Daar kun je mee thuiskomen. Dat laatste gold natuurlijk niet voor de daklozen voor wie het allemaal was bedoeld.

Binnen in de Herberg was het druk en gezellig. Ik kreeg meteen van een vrijwilligster hete koffie en ook de zitplaatsen waren gratis vertelde ze. Een zigeunerorkestje speelde de sterren van de hemel. De vijf mannen waren de week ervoor door een Nederlandse opdrachtgever uit Tsjechië gehaald, dan konden ze mooi op zijn 45 jarig huwelijksfeest spelen. Maar aan onderdak was verder niet gedacht dus sliepen ze nu op straat.

In de voorkamer werden haren geknipt en voeten verzorgd. In de uitbouw schilderde een Chinese dame de namen van de naamlozen in onbegrijpelijke tekens op een roze stukje papier. 'Mijn naam kon ze niet in het Chinees' vertelde Henriëtte, 'maar Johanna van mijn opa wél'. Ze drukte het stukje papier tegen haar borst. Harry met zijn grote baard was inmiddels aan zijn 6e appelbol begonnen.

Onderhand liep de presentatrice die dit alles in gang gezet had met haar microfoon tussen de gasten door. Zo nu en dan ging er live een sfeerverslagje de lucht in en de sfeer zat er goed in. 'Waar heb jij vannacht geslapen?' vroeg ze aan een ongeschoren man. 'Geslapen? Ik heb de hele nacht gelopen. Het was veel te koud om te slapen.'

Het zigeunerorkest vertrok om op straat nog wat geld te verdienen, hoe kwamen ze anders ooit terug naar Tsjechië? Nu speelde een pianist de favoriete liedjes van iedereen zonder dak. 'Eenzame kerst' van André Hazes en 'Twee motten' van Doris deden het erg goed. En toen vroeg een mevrouw om 'Bernadine', 'want zo heet ik....' voegde ze er bedeesd aan toe. Het werd helemaal haar moment. Tijdens 'Felize navidad' voor Rafael de Spanjaard, waagde een grote man een dansje met een vrijwilligster. De rest hield het bij zwaaien met de armen en heel hard meezingen.

Het feest eindigde met een maaltijd, bereid door de grote topkok uit de wijde omtrek. Ondanks de vele appelbollen, taart en koek ging alles schoon op. Toen ik even later zwaar onder de indruk naar m'n fiets liep, hoorde ik twee heren bij een vuurtje de gang van zaken evalueren. 'Het was varrekenshaas.' zei de een. 'Nee, het was kalf' zei de ander. M'n fiets sprong van slot. 'Het was goed. Volgende week ben ik er weer' antwoordde nummer één.

En zo trapte ik met mijn neus op deze feiten gedrukt door de kou huiswaarts.


Wiepke Nauta van RTV Gelderland heeft in het kader van 'Gelderland helpt' gezorgd dat alle Apeldoornse daklozen in 2010 iedere week in De Herberg een warme maaltijd krijgen. De kok, slager, groenteboer en anderen werken hieraan belangeloos mee. http://www.omroepgelderland.nl/web/Gelderland-Helpt/Gelderland-Helpt-artikel/441971/De-Herberg-Apeldoorn.htm

zaterdag 28 november 2009

D-day


Voor het eerst in mijn hele leven ontving ik een ontslagbrief. Hij was twee-en een-half kantje lang. Drie keer las ik hem, het stond er echt, toen legde ik hem uit het zicht want ik wist genoeg. Daarna deed ik boodschappen, ruimde de boel een beetje op, deed de was en harkte de tuin. Echt veel veranderde er kennelijk niet. En toch ook weer wel.

Cliché cliché, maar boos was ik al geweest en verdrietig ook. Dus wat nu? Aan de drank gaan? Ach, ook dat is zo cliché. Ik had gewoon helemaal nergens meer zin in.

Ik had géén zin in bloemkool, in administratie, in autorijden, in mensen om me heen, in gesprekken over alles en over niks, in ontsnapte konijnen, tanden poetsen, naar de stad fietsen, APK-keuringen regelen, ander werk zoeken, schrijven, verjaardagsfeestjes, krant lezen, studieboeken, haren kammen, kortom, een acute diepe, diepe depressie had me overmeesterd. Hij duurde anderhalve dag.

Er lag een onbekende CD naast de stereo-installatie. Hij had al lang terug gemoeten naar de bibliotheek. Natuurlijk had ik ook geen zin om met het onbeluisterde schijfje door de regen te fietsen, dus zette ik hem op. Kanonnen! Het bleek een CD vol Lloyd Webber musicalliedjes! Het greep me bij de strot, wat kan die man toch mooie dingen maken zeg! Jesus Christ superstar, Evita en the Phantom of the Opera, Tell me on a sunday en the woman in white, alles stond er op. En voor ik het wist zong ik uit volle borst mee met Barbara Streisand en José Carreras. Ik haalde er een strijkijzer en een onwaarschijnlijk grote berg gekreukte overhemden bij, want om met niks in je handen in de kamer te staan zingen voelde wat onwennig. Na 5 keer de CD van 74 minuten waren de overhemden kreukvrij en was ik zo schor als een kraai. De buren toonden godzijdank veel begrip voor de situatie, in ieder ander geval zou de rijdende rechter wegens ernstige geluidsoverlast op de stoep hebben gestaan.

En is de dip nu voorbij? Heb ik het licht weer gezien? Nou nee. Toch is er weer iets veranderd. Mijn oude, diep weggestopte droom is ontwaakt. Ik wil weer mooie dingen maken. Dingen waar ik helemaal geen tijd meer voor had vanwege een carrière. Want mooie dingen maken kost tijd, ook op onmogelijke tijdstippen zoals om 4 uur 's nachts. Die tijd is me plots zwart op wit in een brief van twee-en-een-half kantje in de schoot geworpen. Tijd om dromen waar te maken, net als Jesus Christ en de Phantom en Evita..... http://www.tudou.com/programs/view/72Wrz6xR__A/

zondag 15 november 2009

Goedheiligman


Toevallig wandelde ik een café binnen waar Sinterklaas zich net achter een microfoon had geïnstalleerd. Het zaaltje zat vol jonge mensen met verwachtingsvol kloppende harten, want dat gebeurt zodra de goedheiligman zich laat zien. Maar cadeautjes kregen de bezoekers niet.

'Beste mensen', begon de Sint. Hij had een enigszins Veluws accent.
'Het moet niet gekker worden. Sinds mijn vroege jeugd, ik was toen ook al oud, werk ik mij een slag in de rondte en betaal ik keurig belasting en premies voor de Pieten. In Spanje heb ik geen Hollands nieuws gevolgd, ik had het veel te druk met Pieten managen en het grote boek bijhouden. Ik kan u verzekeren dat dat een zware klus is! En wat te denken van de keuringsdienst van waren tevreden stellen? Ik zou er bijna de pepernoten en de marsepein voor afschaffen. Maar goed, ik heb het er allemaal voor over, want binnenkort, over een jaar of 20, kan ik eindelijk met pensioen. Maar wat hoor ik hier in Nederland? Dat ik over 15 jaar tot mijn 67ste door moet werken!'

Hier zweeg hij even en nam een flinke slok bier. Geroezemoes steeg op uit het publiek. Hier had men nooit bij stilgestaan, maar het punt van de Sint was duidelijk. Hier kwam onrecht ter sprake, dit zaakje stonk.

'U begrijpt dat ik geschokt ben. Mijn suiker is ontregeld en de rikketik slaat er van op hol. Maar daar wil ik u natuurlijk niet mee lastigvallen. Ik wil gewoon tot mijn pensioengerechtigde leeftijd mijn zware taak kunnen vervullen. En dan een mooi pensioentje ontvangen en daarna trouwen met Trees. Eerlijk gezegd voel ik er veel voor om onder de huidige omstandigheden met pre-pensioen te gaan. Als statement wel te verstaan.'

Nu stegen er verontwaardigde kreten uit het zaaltje omhoog. De goedheiligman had de zaal flink in z'n ban. Hij nam nog een paar flinke slokken bier veegde het schuim met de achterkant van zijn spierwitte handschoen uit zijn snor.

'Gelukkkig ben ik een verstandig man' Vervolgde hij zijn betoog. 'Ik ben altijd zelfredzaam geweest. Met al mijn ervaring in het runnen van een filantropische zaak, heb ik besloten met mijn zakentalent eens flink veel winst te maken. U snapt, ik wordt hiertoe gedwongen door de politiek. Piet, laat de flipovers zien.'

De flipoverpiet haalde een leeg vel weg en daar verscheen zowaar een organigram dat zijn weerga niet kent.
'Dit, dames en heren, is de Sinterklaasbank, oftewel de SKB. U kunt hier leningen krijgen, hypotheken afsluiten, woekerpolissen kopen en Chocomunten bestellen. Ook kleine kinderen kunnen hun eerste rekeningetjes gerust openen bij de Goedheiligman.'

Nu kwamen er wat verbaasde uitroepen uit de zaal, maar Sint negeerde ze en ging door. 'Het is tijd om het helemaal anders te doen. Mijn logo is een zinkend schip. En daarom daag ik iedereen uit creatief met zijn leeftijdsgrenzen om te gaan. Ober, mag ik nog een biertje?'

Het werd mij een beetje teveel van het goede en ik wurmde me naar buiten. Een frisse novemberwind waaide door de stad. Ondanks de wat vreemde insteek van de Sint had hij toch iets aangewakkerd. Wie heeft zich ooit afgevraagd hoe die ouwe kerel het allemaal rooit? Ik besloot ter plekke vanavond geen wortel, maar een oude obligatie van de DSB in mijn schoen te doen.

vrijdag 13 november 2009

crisis ad interim


Eten wij binnenkort uit prullenbakken? Staat ons huis binnenkort te koop? Of vul ik een rugzak en vlucht ik de wijde wereld in? Zit er überhaupt wel iets eetbaars in prullenbakken? Met deze en soortgelijke vraagstukken hou ik mij de laatste tijd intensief bezig, bij voorkeur 's nachts. Want hoewel de economie voorzichtig aan herstel begint, is mijn persoonlijke crisis net gestart.

Nog anderhalve maand ben ik onder de pannen met werk. Echt werk met een maandelijks salaris, veel collega's en een mobiele telefoon. Heel prettig om een identiteit aan op te hangen enzo. Maar dat houdt vanwege een reorganisatie op. Voor mij betekent het dat er aan de zekerheden een eind komt en dat veroorzaakt een persoonlijke aardschok.

Het gekke is dat ik in de eerste instantie dacht dat het wel mee zou vallen. Weggaan en opnieuw beginnen, dat kan toch niet zo moeilijk zijn? Het is me tot nog toe altijd gelukt werk te vinden en bovendien is dit de kans bij uitstek om voor mezelf te beginnen. Eindelijk een eigen bedrijf starten, het zou een 'dream come true' moeten zijn, maar waarom voelt het dan niet zo?

Verscheurd door twijfel, hoop en angst ploeg ik me door de laatste weken heen. Het Grote Afscheidnemen is begonnen. Ik ruim mappen op, gooi documenten weg en sluit projecten af. Ik moet nog wennen aan 'nee' zeggen tegen nieuwe verzoeken, nieuwe opdrachten. En tegen beter weten in blijf ik contactpersonen toevoegen aan het adressenbestand in m'n mobiele telefoon, hoewel ik hem bijna moet inleveren.

Tijdens deze laatste stuiptrekkingen wordt het me pijnlijk duidelijk dat de rede het niet altijd wint. Vandaag ben ik verdrietig en leeg. Raar, want dat gevoel ken ik eigenlijk niet. Waar zijn de ideeën gebleven? De wilde plannen? Hoe hard ik ook zoek, de altijd aanwezige rare hersenkronkels zijn verdwenen. Op de plaats waar het normaal gesproken bruist, bevindt zich een groot, zwart gat en dat vind ik doodeng.

Uiteindelijk zal het wel weer louterend zijn, dit hele proces. Ik ken mezelf een beetje. Maar toch. Voorlopig moet ik er dwars doorheen. Daarom ga ik zo meteen eens wat prullenbakken in de buurt controleren. Eens kijken wat de crisispot zoal schaft.

zaterdag 31 oktober 2009

In gesprek met een mus*


'Mus, is het waar dat de mens steeds oppervlakkiger communiceert?'
'Daar is natuurlijk geen sprake van. Ik zou eerder zeggen: hèhè, eindelijk heeft de mens het twitteren ontdekt.'

'Heeft twitteren diepgang dan?'
'Dat zou de vraag niet moeten zijn. Twitteren is hier en nu en continu. Noem dat eens geen verbetering. Iets beleven en het meteen delen, communicatie pur sang. Twitteren vervult een primaire levensbehoefte.'

'Mensen zijn toch geen vogels, ze communiceren toch anders!'
'Oh ja? En waarom twitteren ze dan? Is het niet gewoon de ultieme exponent van het communiceren met je groep?'

'Misschien moet ik het eens aan een slak vragen.'
'Doe dat. Mijn ei is gelegd.'

*Geregeld vind ik dieren in de tuin waarmee ik een gesprek aanga.

vrijdag 30 oktober 2009

In gesprek met een kikker*


'Kikker, is het rechtvaardig dat de AOW-leeftijd wordt verhoogd?'
'Iedereen wil jong blijven tegenwoordig, het gros van de Nederlanders komt pas van school als'tie bijna 30 is, alles verschuift. Kinderen krijg je tegenwoordig op je 40ste of later, in het verlengde daarvan zie ik de AOW-leeftijd verschuiven. Het is een logisch gevolg en staat los van rechtvaardigheid.'

'Maar de mensen die al jong begonnen zijn met werken? Hoe zit het daar dan mee?'
'Ik vind het erger voor de mensen die helemaal nooit gewerkt hebben. Want die werken nog langer nooit.'

'En de mensen die vanwege hun leeftijd geen baan meer kunnen vinden, hoe moet het daar dan mee?'
'Ach, tussen de wal en het schip vind je de meeste vliegen is een bekend amfibiegezegde. Waarschijnlijk loopt het zo'n vaart niet. Tegen die tijd is er een schreeuwend tekort aan opa's en oma's, juist doordat iedereen op z'n 40ste pas aan kinderen begint. Ik zie daar nieuwe functies ontstaan waar tegen die tijd grif voor wordt betaald.'

'Is Nederland nog wel sociaal?'
'Vanuit kikkerperspectief valt het tegen. Er zijn steeds meer ooievaars... en de vijvertjestrend is over z'n hoogtepunt. Maar ik klaag niet, ik duik bijna een seizoen de blubber in.'


*Geregeld vind ik dieren in de tuin waarmee ik een gesprek aanga.

woensdag 21 oktober 2009

Danse macabre








Toen ik vandaag deze bomen fotografeerde vroeg ik me af of ze tijdens het omzagen nog weg probeerden te rennen. In het echt staan ze nu net zo stil als op de foto's.
Ik zie ze liever levend.

maandag 19 oktober 2009

Gezichtspunt



Mijn perspectief is traag en wijd
naar menselijke maat
Het neemt niet weg dat ook voor mij de tijd
steeds sneller gaat

Structureel lelijk



Structureel-lelijke-dingen-in-huis heb ik gefotografeerd. Gek genoeg waren dat vooral technische zaken. Dingen die 'het moeten doen' en er kennelijk niet voor de sier zitten. En dat vind ik jammer, want waarom kan mooi en functioneel ook in huis- tuin- en keukentechniek niet samen gaan?

Hier valt op marketing- en esthetisch gebied winst te behalen. Het is nu namelijk bepaald geen reclame voor het energiewezen als men de meterkast beziet. Om van de insallatiebureaus nog maar te zwijgen. Daarom dames en heren van de technische diensten: verzin eens iets origineels en prachtigs. Neem bijvoorbeeld eens een ontwerper in de arm. Ik pleit voor een Jan des Bouvrie buizenstelsel en een Marcel Wanders meterkast. Zodat binnenkort de gemiddelde huisman of -vrouw vol trots zegt: 'Heb je mijn nieuwe meterkast al gezien?"

zondag 18 oktober 2009

Moos



Wij hebben een huisfilosoof die graag op onconventionele plaatsen mediteert. Erg mededeelzaam is hij niet, maar zo nu en dan betrekt hij ons in zijn denkprocessen.

Processen zijn het, want DE waarheid bestaat in zijn ogen niet. Alles is schijn en bovendien veranderlijk. En daarover verschillen hij en ik van mening.

"Waar zijn de dahlia's gebleven?" Vraag ik op zondagochtend als de tuindeuren opengaan. Ik zie behalve een paar geknakte stelen geen enkele roze bloem. Gisteren stonden ze er prachtig bij, dat weet ik zeker, maar de bloempot zwijgt.

Met koffie plof ik iets later op een stoel naast de geknakte stelen. Ik staar Moos in zijn bloempot aan en wacht op antwoord. Het beeld van de dieproze kleur van de late herfstbloemen die ik in het voorjaar zo zorgvuldig had geplant suddert na in mijn hersenpan.

Moos gaapt en rekt zicht uit. 'Vorig jaar, kun je je die zonnebloemen herinneren?' Vraagt hij.
'Jazeker, prachtig geel waren ze. Ook die heb je afgeknaagd!'
"Maar je weet nog hoe ze eruit zagen?" Hij kijkt me veelbetekenend aan en zwijgt. Dan verdwijnt hij met een sprong tussen de struiken.

Ik sta op en veeg zijn keutels bij elkaar. Alles is schijn en veranderlijk, jaja. Volgend jaar poot ik jeneverbessen.

vrijdag 16 oktober 2009

Groene droom




Dól ben ik op avocado's. De zachtgroene kleur van het vruchtvlees, de glooiende vorm, de handzame grootte en vooral de smaak, echt alles vind ik aantrekkelijk. In deze tijd van het jaar kun je weer prachtige exemplaren kopen. Of kweken, want dat is natuurlijk nog leuker.

5 jaar geleden heb ik een paar pitten in een pot gestopt en het grote wonder geschiedde: er groeiden planten uit. Prachtig, want ik ben ook dol op avocadobomen. Ooit klom ik een seizoen lang door de takken om vruchten te plukken, maar dat was buiten in een boomgaard en in een warm land. Niet in mijn slaapkamer waar nu dus twee bomen langs het plafond hun weg naar de ramen zoeken met bladeren van wel 50 centimeter lang.

Van vruchten is overigens nog geen spoor te bekennen, dus die koop ik nog steeds op de markt. Wel heeft een van de twee reuzen een keer wat ielige bloemetjes gehad, maar dat resulteerde niet in fruit.

Ik hou goede moed. Op een dag word ik wakker met een guacamole-ontbijt in mijn eigen groene jungle, dat weet ik zeker. Tot die tijd klim ik door de takken naar mijn bed en droogt de was prima tussen de bladeren. Zolang de rupsen, merels en hagedissen buiten blijven, komt er geen kapmes of snoeizaag aan te pas. Ik droom van Hass.

zondag 11 oktober 2009

Die goeie, ouwe tijd


In 1907 bedacht de Londense aannemer William Willett de zomertijd.
Hij dacht na over besparingen en schreef als gevolg daarvan een pamflet dat de titel 'The waste of daylight' droeg. 'Zet je klok gedurende de zomer 80 minuten vooruit en profiteer optimaal van het daglicht' was zijn boodschap. Winston Churchil vond het wel wat en in 1916 zette Engeland voor het eerst de klok één uur vooruit.
Uiteindelijk ging heel Europa overstag.

Ik zit er maar mee, met die zomertijd. Het lijkt namelijk alsof iedereen het normaal vindt dat zo'n afspraak gewoon wordt nageleefd. Zomaar, zonder dat de helft van de bevolking een uur te laat op het werk verschijnt, de winkel stiekem op de oude tijden open blijft of het horloge gewoon op de oude tijd blijft staan. Dat vind ik raar. Onbegrijpelijk zelfs.

Waarom lukt het bij zoiets stoms als de tijd die toch een verzonnen grootheid is, een illusie van jewelste, wél om ons met z'n allen aan een afspraak te houden (er zijn niet eens straffen bedacht voor degenen die zich er niet aan houden) en met zoiets als gif op eten spuiten niet. Of afval dumpen, oorlog voeren, vieze auto's blijven produceren enzovoort? Zijn er dan nog niet genoeg pamfletten geschreven over 'the waste of natural resources' of 'the waste of lives'?

Misschien ben ik te negatief. Want aangezien het dus mogelijk blijkt om over iets onbenulligs als de tijd collectief een afspraak te maken, lukt het misschien ook met iets echt belangrijks. Het weggooien van afval op straat bijvoorbeeld. Daarom hoop ik nog eventjes door. Tot we de klok weer moeten verzetten. Maar als er dan nog afval op straat te vinden is, doe ik niet meer mee. Dan blijft de oude tijd de goeie.

zondag 4 oktober 2009

Hete herfst




Kabouters waren ooit rustige, onopvallende wezentjes die een teruggetrokken bestaan ergens diep in het groene woud leidden.
Vroeger, ja toen was het gepuntmutste volkje nijver en vrolijk. Toen togen ze dagelijks blij aan de arbeid en hielpen graag nooddruftige mensen die hongerig verdwaalden in het bos. Maar die tijden zijn voorbij. Misschien wel voorgoed.

Grad 3 en Pir 7 waren met schepjes en shoveltjes onderweg naar een vers dood zwijn toen plots uit het karrenspoor rechts een peloton mountainbikers schoot. Pir 7 werd voluit door een zwetende vijftiger geraakt en zit nu voorgoed in een eikeltjeswielwagentje. Hij klaagt nooit, maar het valt vies tegen op de onverharde bosgrond de andere kabouters te bezoeken of eten te verzamelen.

Ook Bes 2.5 heeft een dergelijk verhaal. Zij was met Rol 1 tot en met 4 onderweg naar ouwe oma Bes 2, toen met veel stokgeweld 7 nordic walkers plots door de struiken braken. Rol 1 en 3 werden voor haar ogen als stukjes saté aan een noorse stok geregen en meegevoerd. Met behulp van wat everzwijnen zijn de kinders later teruggevonden, maar helemaal goed is het nooit meer geworden.
En zo gonst het van de verhalen in het bos. De sfeer is er inmiddels om te snijden en er wordt al een tijd over structurele maatregelen nagedacht.

Vandaag heb ik 3 uur met mijn camera tussen het late herfstgroen gelegen in afwachting van … tja, van wat? Plots gebeurde er iets: een kudde hardlopers zwoegde zwetend door het struweel. 7 minuten voordat zij mijn verstopplaats bereikten, hoorde ik ze al aankomen. Ondanks de zachte bosgrond dreunde hun gestamp door de aarde en zij schreeuwden luid naar elkaar. Maar één minuut voordat zij voorbij denderden verscheen er een kabouter voor mij op het pad. Ik herkende hem bijna niet, want hij had zijn rode puntmuts verruild voor een helm en in zijn hand droeg hij een wapen. Snel greep hij naar een lederen tasje aan zijn broekriem en strooide wat poeder over de bosgrond. Daarna verstopte hij zich achter een boom. De zwoegende heren raasden voorbij en verdwenen uit het zicht. Maar voordat ook hun geschreeuw verdween hoorde ik ze roepen: 'Zijn we door de brandnetels gelopen ofzo?' ook klonken de woorden: 'jeuk' en 'blaren'. Bovendien klonk er gevloek.

Ik klikte met de camera net op het moment dat de kabouter vergenoegd naar het resultaat van zijn arbeid luisterde. U bent gewaarschuwd.

maandag 28 september 2009

proost!


Nederlandse wijn is helemaal booming. Vanuit het diepe zuiden is in 8 jaar tijd heel Nederland tot aan de Waddeneilanden toe geschikt geraakt om meeldauw ongevoelige druivenrassen te kweken.

Natuurlijk ben ik nieuwsgierig naar de smaak van deze wijnen van de koude grond.
Tot nu toe heb ik het gedaan met de smaakrecensies op internet, maar dat is toch net zoiets als door een raampje naar een bos kijken. Je mist nogal wat. Bovendien is niet alles even overtuigend als je een franse wijnliefhebber bent:'De echte Nederlandse witte landwijn heeft een bijzonder karakter. De specifieke geur in deze wijn is niet direct te omschrijven. Volgens een van de deelnemers is dit misschien wel de typisch Nederlandse landwijn smaak.'
of: 'De rode landwijn heeft een eigen geur die door ons niet direct is te plaatsen. Je herkent wel duidelijk rood fruit en een lichte kruidigheid. De wijn is toegankelijk en is al duidelijk verbeterd met een jaar terug. De smaak is niet onaangenaam, heeft een eigen karakter en is moeilijk te associëren met reguliere wijnen uit de ons omringende landen. Is dat nou de typische Nederlandse smaak, net zo typisch als de Retsina wijnen uit Griekenland?'

Soms wordt er gewoon verwezen naar goede wijnen van elders om de Nederlandse smaak te beschrijven: 'De rosé heeft een bijzonder plezierige geur, fruitig en relatief lang, met voldoende intensiteit. De smaak is goed mooi droog en soepel. De kleur is voor een rosé vrij donker en komt overeen met een pinot noir uit de Elsaz of een Gamay wijn zoals Beaujolais. Dat mag Fred opvatten als een groot compliment.'
Dat vergelijken met grote namen vind ik nou jammer. Als we een mooi product gaan neerzetten, dan toch ook echt Nederlands tot en met. We vergelijken onze kaassmaken ook niet met de Franse en we noemen Weidelander niet voor niets geen Brielander.

Vorige week kregen we ons eerste Nederlandse flesje van wijnboer Plack. Plackwijn dus. Ik weet het niet. De kleur is ontegenzeggelijk prachtig, de fles is mooi, het etiket niet slecht, maar de naam! Ik krijg de fles vanwege psychologische aspecten tot nu toe niet geopend.

Ik ga hem overstickeren, dat etiket. Met een goede naam, echt Nederlands. Eén die wereldwijd met goede smaak geassocieerd wordt. Weineken ofzo. En dan onbevooroordeeld proeven. Proost.

zaterdag 26 september 2009

geschiedenis




Uit de Wikipedia: De klassieke definitie van de prehistorie is de periode van de menselijke geschiedenis waarvoor men geen geschreven bronnen heeft, of waarvan de overgeleverde bronnen niet ontcijferd zijn. Deze definitie staat zowel qua criterium als qua datering ter discussie

Graag maak ik gebruik van Wiki's. Net zoals ik überhaupt graag van alles 'googel': het is snel, gemakkelijk en veelal afdoende qua resultaat. Maar gisteren dus niet. Toen kreeg ik met Benny van der Weide te maken.

In ijsstadion Thialf en in Heerenveen is Benny een begrip. Het is de man van de eindeloze schaatstochten, de man van de marathons op de geveterde noren, de legersokken over de broek. Het prototype Friese langeafstandschaatser, een volbloed Elfstedentochtrijder en een voorbeeld voor velen. Nu is hij bejaard, maar dat weerhoudt hem er niet van dagelijks de grijze krullenbol even bij 'Tjaf' naar binnen te steken om bij de trainingen te zijn. Gisteren maakten wij een filmpje met hem.

Ik weet niets van schaatsten, laat staan van lange afstanden. Maar als ik iets over Sven Kramer wil weten dan typ ik 10 letters van zijn naam en krijg ik via googel 247.000 hits. Bij Benny ligt dat anders. Wereldprestaties op de schaats heeft hij geleverd, 3 hits als je zeer specifiek zoekt.

Het heeft me meer geraakt dan ik had verwacht. Bijna vergelijkbaar met het eerste moment waarop je er achter komt dat je vader én je moeder ook niet alles weten. Met internet heeft de mensheid er een groot geheugen bij gekregen, zoiets als een nieuwe evolutionaire hersenlaag, een stuk cortex rond een onbewust werkend stukje primitieve neuronenklodder. Maar ik had er blindelings op vertrouwd.

Nu blijkt het voornamelijk volgepropt met het hier en nu. En dat zou ons toch aan het denken moeten zetten. Of, zoals blijkt uit het Wikipediacitaat hierboven dat over geschiedenis indelingen gaat: 'men discussieert nog over de precieze tijdsspannen en criteria'.

Ineens snap ik dat, en ik heb ook een oplossing bedacht. Vanaf heden hanteren we gewoon een nieuwe, eenduidige geschiedenis indeling. Er zijn daarbij slechts twee tijdperken. Het nieuwe tijdperk is eind jaren '90 ingezet en wij bevinden ons er middenin. Het heet: het www-stadium. Alles daarvoor is pre-www.

Sorry Benny, hoewel je ijzersterk gereden hebt telt pre-www in het nieuwe geheugen gewoon niet mee.

donderdag 17 september 2009

Dummies



Op diezelfde Manuscripta waarover ik eerder schreef, stond ook de uitgever van de zogenaamde 'voor dummies' boeken. Ik was er bijna voorbij gelopen, tot de herinnering aan een bepaald dummieboek door mijn hoofd schoot. Het ging over freelancen met de nadruk op 'Free' en het was best interessant. Nu ik recent op een punt in mijn leven ben aangeland waarop menigeen zich in een midlifecrisis stort en dat oplost door radicaal alle roeren om te gooien, dacht ik: 'Waarom ook niet?' en bleef staan.
Het aanbod van 'voor dummies' bleek overweldigend. Het is wonderbaarlijk hoeveel titels er zijn uitgekomen. Desondanks had de uitgever er nog niet genoeg, want hij had een wedstrijd uitgeschreven om aan interessante, nieuwe titels te komen. Vooral in dat 'nieuwe' school de adder. Want waar zou een markt voor zijn die nog niet was aangeboord? Glazig staarde ik naar alle bestaande titels. Sex, sterrenkunde en gitaarspelen voor dummies bestonden al, net als forensisch onderzoek en PHP & MYSQL voor Dummies. Ik bedoel maar, wat kan men daar nog aan toevoegen? Inderdaad, overdaad schaadt en overweldigd door het enorme aanbod schreef ik op de lijst: 'Consuminderen voor dummies'. Minder titels, minder boeken, minder midlifecrisisen enzovoort. Op dat moment stond het me helder voor de geest.
Gisteren kreeg ik een frisse mail, met een dummielogo erboven. Gefeliciteerd! Stond er. U heeft de prijsvraag gewonnen met uw idee voor een nieuwe dummieboekentitel. U mag maar liefst 5 titels uit de serie kiezen.

U snapt het al. Voorlopig komt er van dat consuminderen niets. Bovendien heb ik besloten er zelf ook één te schrijven: 'Wedstrijden winnen voor dummies'. Ik vermoed een enorm gat in de markt.

zondag 13 september 2009

Heerlijk boekenfeest 2009


Het jaarlijks terugkerende Nieuwe-Boekenfeest kun je als beetje lezer niet missen. Groots aangekondigd in tijdschriften, op radio en internet moet je wel enorm blinde vlekken hebben om het niet op te merken. Gelukkig wilde ik het ook niet missen, en kocht 2 kaartjes voor Manuscripta 2009 zodra het kon.

Het was een verjaardagskado voor mijn zus, dat Manuscriptakaartje. Ooit, in 2007, toen er voor de eerste keer gewoon publiek werd toegelaten, waren wij er samen zomaar beland. De sfeer trof ons meteen. Het was een setting waar Woody Allen zich onmiddellijk zou hebben thuis gevoeld. Surrealisme ten top en zus en ik vroegen ons dan ook af wanneer iemand op zou springen om ons te vertellen dat het A) Eén groot toneelstuk was, B) het eigenlijk een filmset betrof waar iedereen zijn rol kende behalve wij, C) wij gewoon helemaal geen kaas hadden gegeten van de Nederlandse schrijfwereld en dat het juist zeer representatief was.

Waarschijnlijk golden alle opties en wij vatten het plan op om in 2008 weer te gaan en ons ietwat literairder op te stellen. Om onze woorden kracht bij te zetten kochten we voor de manifestatie van 2008 identieke tweedelige pakken bij de goedkoopste textielsuper, maar dat zag je er niet aan af. Ook hadden we een camera mee om met onze grote (en soms onbekende) helden op de gevoelige plaat te gaan. Het werd een heerlijke dag. De outfits bleken een gemakkelijk aanknopingspunt om tot goede literaire gesprekken te komen, want het stelde de wat schuwe auteurs onmiddellijk op hun gemak. Voor ons had het als voordeel dat wanneer wij elkaar kwijt waren, wij slechts naar onszelf hoefden uit te zien.

Gooi je successen niet zomaar aan de kant dachten wij, dus togen we ook dit jaar in identieke jaren '50 jurkjes naar het boekenfeest. Het was er drukker dan ooit, we babbelden met de uitgevers van vorig jaar, dronken her en der champagne en voerden wederom goede literaire gesprekken met allerhande auteurs. We moesten tot onze spijt wel constateren dat het allemaal niet meer zo kneuterig was. De voordrachten waren begrijpelijker geworden, het aandeel poëzie was beduidend minder en de ludieke acties waren achterwege gelaten. Werden we vorig jaar nog het bed ingepraat om door een man in gouden ochtendjas voorgelezen te worden, dit jaar was iets dergelijks niet meer aan de orde. Gelukkig kwam het nog helemaal goed aan het eind. Daar las Paul Thomése onder begeleiding van een ietwat vreemde band voor uit eigen werk en kwam er toch nog een serie onbegrijpelijke gedichten door dhr. Nico Dijkshoorn voorbij. Gelukkig. We mogen nog een keer. Tot we het snappen.

woensdag 2 september 2009

Voorbije Vakantie




maandag 10 augustus 2009

Fileliedje


Op de valreep hebben we een liedje geschreven, opgenomen en geupload. Het gaat over files, want dat was de opdracht. Jammer genoeg had ik te weinig tijd om er echt een prachtig lied van te maken, maar dat komt doordat ik teveel in de file stond. Je kunt het via onderstaande link beluisteren, en het heet 'van A naar Beter.'

Link to track

maandag 3 augustus 2009

De kas spekken


'Hoe zou dat nou in z'n werk gaan' vroeg ik me af toen Nederland zich ergens onder aan de grafieklijn bevond. De AEX zag eruit als een lange glijbaan naar beneden, nergens in Nederland werd nog een huis verkocht, laat staan gebouwd en iedereen ging alleen nog in eigen land op vakantie. Een zorgwekkende situatie die enige overpeinzing vroeg. Want toch waren er nog steeds veelverdieners, representanten van de graaicultuur. Het betrof weliswaar een kleine groep, een laag percentage van de bevolking, maar ze waren er wel degelijk: de kranten stonden er vol van.

Het leek me wel wat en startte een klein onderzoekje naar dit fenomeen. Het gaat dus als volgt in zijn werk:
Ergens bij een van poen bulkend bedrijf ontstaat een vacature. Niet zo een die in de krant komt maar één die alleen bekend wordt gemaakt via oude jongens krentenbroodclubjes en koorballenkotscircuitjes. 'Jij vraagt Commissarisje Die en dan vraag ik Raad van bestuurslidje Zo en dan hebben we wat gesprekjes en regelen we even wat'. Zo'n vacature dus. Op hoog niveau. Qua salaris dan.

Nou zijn er kandidaten genoeg, want in 2007 zijn er al meer dan honderd commissarissen de laan uitgestuurd. Ook doordat veel grote organisaties fuseerden, kon een flink aantal commissarissen met een mooie premie het heil elders zoeken. Wie vooral overbleven waren de old boys, zeg maar 68+. En die zitten er nog steeds. Nou lees ik hier en daar dat jonge vrouwen nergens in de commissariaten zitten, en dat het toch wenselijk is dat ze daar aanwezig zijn. Daarom heb ik mij eens verdiept in wat je in je mars moet hebben om in aanmerking te komen. Op internet vond ik het volgende:

-Integriteit en een visie op het bereiken van integriteit in de maatschappelijke doelstelling;
–Het vermogen de maatschappelijke doelstelling te bewaken, ook door een evenwicht te zoeken tussen die doelstelling en de eigen inbreng vanuit het deskundigheids-en/ of ervaringsgebied;
-Een brede maatschappelijke belangstelling en ervaring;
-Inzicht in bestuurlijke processen;
-Inzicht in bedrijfsmatig werken en het bewaken van de continuïteitsdoelstelling van de organisatie;
-Het vermogen binnen de raad in teamverband te werken;
-Een relevant netwerk in het werkgebied van de organisatie;
-Ervaring in een toezichthoudende functie;
-Voldoende tijd om de toezichthoudende en adviserende rol te vervullen.

Kijk, dat stelt allemaal niet zoveel voor, dat doe ik thuis ook al. Niks nieuws onder de zon. Helaas is er op heel internet geen enkele vacature voor een leuk commissariaatje te vinden. 'Moet ik nu eerst lid worden van een koorballenkotscircuitje?' vroeg ik me af, “Of blijf ik dezelfde dingen doen als de commissarissen, maar dan voor mijn eigen kliekje voor spek en bonen?' Ik ben daar nog niet uit. Ik blijf alert. Voor iedereen die ook zwoegt en nog niet 'voor spek en bonus' kan werken, plaats ik als troost het volgende smaakvolle crisisrecept.

1 blik bruin bonen
1 bak gerookte spekjes
2 teentjes knoflook
2 uien
1 verse tomaat
2 eetlepels olie
Bakken, mengen en klaar.

zaterdag 1 augustus 2009

26



'Leuk!' Dacht ik, 'Weer eens een studietje doen!'
Zodoende stond van de week een man met een grote doos op de stoep. Nadat ik voor ontvangst had getekend, overhandigde hij het gevaarte. 'Oef, die studie is zwaarder dan ik dacht!' zei ik. Maar dat is natuurlijk relatief. Ik heb de boeken besnuffeld, liefkozend gestreeld (wat glimmen ze mooi) en overal alvast mijn naam ingeschreven.

44 centimeter meten ze gestapeld. Er staan geen plaatjes in. Nu nog eventjes beginnen, het examen is in juni 2010. Dat is nog zo'n 10 maanden oftewel 4,4 centimeter lezen per maand. Kijk, dat klinkt al stukken eenvoudiger.

vrijdag 31 juli 2009

Evalutie



Van de week lag ik ziek in bed. Misselijk, draaierig, u kent dat wel. De tijd gleed een beetje weg en tussen slaap en halfslaap droomde ik over van alles en nog wat. 'Ze gaan hun gang maar, die hersencellen, ik doe even niet mee!' dacht ik nog, en weg was ik weer. Maar daar hadden mijn hersens geen boodschap aan: die gingen onvermoeibaar door, alsof het virus hen aanspoorde er nog eens een flinke schep bovenop te doen. Met een zucht draaide ik mij om en hoewel ik ze bleef negeren, drongen de steeds sterker wordende ideeën en beelden zich brutaal aan mij op. Plots besefte ik dat zich iets interessants voltrok.

Daar stonden ineens de eerste mensen voor mijn neus. Ze zagen er behoorlijk primitief uit, dat wel, maar mensen waren het. Zij aten fruit, heel aantrekkelijk fruit. Het kwam van een boom. Dat het appels waren kan ik niet zeggen, maar langzaam ontstond een idee dat sterker werd. Darwins apen waren bezig mens te worden. Dat kwam doordat ze steeds beter voedsel tot zich namen zodat hun hersenen zich konden ontwikkelen. Zij kregen daardoor steeds meer bewustzijn, iets dat dieren nooit hadden gekend. Zodra zij bewustzijn hadden, waren zij mens.

Tegelijkertijd zag ik Adam en Eva die druk bezig waren voedsel te zoeken. Maar zij waren dezelfde mensen als de Darwin-people. Puur instinctief zochten zij voedsel, want beter dan dat wisten ze niet. En toen ze ineens beter en ander voedels vonden, groeide langzamerhand ook hun bewustzijn. Niemand had schuld, niemand werd verleid. Ze kregen kinderen, die kinderen kregen en in de heel lange tijdspanne die de prehistorie nou eenmaal is, groeiden de mensen uit tot wat ze zijn: wezens met kennis van goed en kwaad. Zij konden bewuste keuzes maken. Dat is alles: het in staat zijn tot het maken van bewuste keuzes, goed of kwaad. Darwin schudde lachend de hand van minister Rouvoet, de paus nam een leuke maîtresse en alle creationisten dronken een biertje met de dames van de kerk uit Nunspeet. Toen hielden ze ineens met z'n allen de sleutel van het paradijs in hun hand.

Ongelofelijk niet?

maandag 27 juli 2009

Doorschleckingssvermogen


De lucht was loodgrijs en wij wilden fietsen. In korte broek en een enkel T-shirt omdat het nog steeds meer dan 20 graden was. Na ongeveer 500 meter vielen er wat druppels. Dat duurde niet lang en 3 minuten later stortregende het. Identificatie met grote voorbeelden wil nog wel eens helpen dacht ik dus vanaf dat moment riepen we bemoedigende leuzen als: 'Doortrappen Schleck, niet opgeven Schleck' of: 'Hé Schleck, best fijn!' Schleck bekt nou eenmaal lekker. We trapten verder, heuvel op, heuvel af, maar vooral heuvel op. In stevige regenbuien ligt de Veluwe beduidend hoger dan wanneer de zon schijnt.

'Die bui duurt niet langer dan 5 minuten' riep Schleck achterop de tandem, maar na 20 minuten liep het regenwater in koude straaltjes onder mijn voetzolen door. Stoppen had geen zin, doorgaan eigenlijk ook niet, dus gingen we door. Water droop in ogen, stroomde in neus en oren en liep via oksels regelrecht de schoenen in. De wind gierde terwijl dikke, dikke druppels uit de bomen onafgebroken op ons neerkletterden: de Veluwe op z'n Hollandst.

Het onafgebroken gegesel der elementen, het monotone trapritme en de kou wekten een ingeslapen oergevoel dat kennelijk had gewacht op dit moment: ware overlevingsdrang borrelde uit mijn diepste binnenste omhoog. 'Trappen Schleck, heuvel in zicht!'

Wat een kracht zit er in dat moment vlak voor je bevriest, ik heb dat nooit geweten. We raasden voorbij het pannenkoekenrestaurant, de midgetgolfbaan én de snackhalte in het bos. Adrenaline kwam los, als een schicht vlogen we over de spoorlijn en langs de boswachterswoning. Endorfines bruisten: de grote golfbaan was zo gepasseerd. Zelfs verboden middelen werden nu automatisch aangemaakt: een drijfnat gezinnetje met regenjassen en huilende kindertjes werd op het smalle fietspad door een behendige manoeuvre nét ontweken. Een uur later reden we als verzopen katten de straat weer in. Tenminste zo zag het eruit. Van binnen waren wij Schleck de Onoverwinnelijke geworden.

zaterdag 25 juli 2009

Sportieve zaterdag








Het gebeurt soms vlak voor je neus.
Ik was beland in de VIP-tent bij de menwedstrijden te Beekbergen. Ik dacht dat het om paarden ging, maar dat viel wel mee. In de VIP-tent ging het om VIPs, anders had er ook geen aparte Tent hoeven staan. En zonder VIPs geen menwedstrijden, want paarden is en blijft business, sponsored by... . De lunch zag er lekker uit en de hele tent was strak ingericht. De Vips vermaakten zich opperbest, want de zon scheen, er vloeide genoeg drank en iedereen was er en zag elkaar. En daar ging het natuurlijk om, anders hadden ze net zo goed thuis kunnen blijven. Ook de VIPskinderen vermaakten zich opperbest. Bij gebrek aan springkussens (wie vergeet nou zoiets) namen zij de eerst nog witte loungekussens in gebruik. Het sprong wat minder hoog, maar smeet des te beter.

Tussendoor kwamen er ook wat paarden voorbij. Ze deden het leuk, het schuim spatte er vanaf. Wie er uiteindelijk won weet ik niet, maar het moest wel worden gevierd. Met oesters en veel champagne. Ook daar spatte het schuim vanaf. Heel vermoeiend allemaal, maar daarom heet het dan ook paardensport.

zaterdag 18 juli 2009

Retour de France deel 5, slot


Retour de France deel 5, slot
15 juli 2009

Zodra de uitzending is afgelopen, start de afbraak. In no-time zit alles in de wagens, het is teamwork pur sang! Dan is het tijd voor afscheid. Heel jammer, maar voor ons zit het er op. Het circus reist verder zonder ons. Bert krijgt een prachtig Tourshirt en de DVD met de uitzending er op. Daar worden we heel blij van!
Mart Smeets geeft een charmante handkus, Bart Veldkamp geeft gewoon wat stevige zoenen. Hij blijft nog een paar dagen te gast. Alle crew zeggen wij uitbundig gedag. Dan rijden we met Astrid de regisseuse en Pauline een producer de donkere Franse nacht in. Het wordt een gezellige rit. Iedereen is afgedraaid, maar volledig over de slaap heen, dus er wordt gezongen en gekletst, hard geremd voor overstekende zwijntjes, herten en andere Franse diertjes. Tomtom vindt het hotel niet, maar we komen er uiteindelijk wel. Om 2 uur zijn we op de plaats van bestemming, een fantastisch hotel midden in de rimboe. Na 5 uurtjes slaap gaat de wekker en even later treffen we in de eetzaal op de valreep Maarten Ducrot. Maar we moeten de TGV halen die 100 kilometer verderop vertrekt en Astrid en Pauline staan alweer paraat! Al snel zetten we het gesprek en het gezang van de nacht ervoor voort en zonder overstekend wild maar dwars door kilometers zonnebloemvelden bereiken we Saint Pierre Fort. In de TGV val ik in slaap. Op Charles de Gaulle tanken we nog snel wat koffie en in het vliegtuig kletsen we honderduit over de afgelopen paar dagen. De trein vanaf Schiphol sluit prachtig aan en om 18.00 uur zijn we weer ….. thuis! We zijn tijdelijk een béétje over onze touren, maar een schat aan ervaring rijker!

Stoer de France deel 4














Stoer de France deel 4
14 juli middag

We rijden over het parcours. Hier zijn zojuist alle wielrenners gepasseerd. Terwijl we naar de auto lopen wordt alles qua Tour in Limoges al afgebroken, om later bij de finish als een speer weer opgebouwd te worden. Wat een werk!
We rijden de stad uit en nemen het eerste stuk de snelweg. Zo kunnen we de renners passeren en even later duiken we de route weer op. Dat kan alleen dankzij de speciale stickers op de voorruit, want op iedere zijweg langs de bijna 200 kilometer route, houden agenten alle voertuigen tegen.
Peter, de cameraman én bestuurder gaat meteen links rijden want 'Dat kan maar één keer per jaar, namelijk tijdens de Tour!'

Hij geeft flink gas en hoewel de etappe van vandaag vlak is, word ik kotsmisselijk van de hobbels en de bochten. Duizenden mensen hebben zich langs de route opgesteld om de wielrenners toe te juichen, en als wij voorbij rijden stijgt er flink oefengejuich op. Mensen zwaaien, lachen, juichen en niet eventjes, maar continu. Ik film, fotografeer en begin maar terug te zwaaien, want dat doet Peter ook. Het is een dolle boel langs de kant en in de auto. Om een uur of drie vinden we een klein restaurantje langs de route en daar stoppen we om onder het genot van een lokale hamburger de renners op te wachten. Bert heeft een Frans braille tour-draaiboek gekregen en Adriaan heeft de Nederlandse zwartdrukversie. Peter filmt, Bert en Adriaan lezen in de Tourboeken en dan zwelt een gejuich aan en sjezen de renners voorbij! Later op mijn eigen film zie ik dat het hele passeren van de renners exact 11 seconden duurt. Ze rijden vandaag 'verschrikkelijk langzaam', want de 'oortjes' mogen niet in. We sluiten aan achter de Fin de Course, de bezemwagen. Het wordt tijd dat de heren muzikanten eens wat gaan soundchecken voor de uitzending van vanavond. Cavandish wint, iedereen praat alleen maar over oortjes en wij rijden naar een ranzig hotel waar Mart Smeets later een column aan weidt. Hij schrijft erover: 'De geur van pies, zweet, zaad en sigarettenrook zat nog in onze neuzen.' En dat klopt, maar eigenlijk zit het voornamelijk in dat hotel. Mart moest er overnachten, wij trekken alleen even wat nette tv-kleren aan. Terwijl we net wennen aan het idee van de komende ranzige nacht worden we namelijk gebeld door de producent met de mededeling dat we na de uitzending 100 kilometer verderop slapen. Daar doen wij niet moeilijk over en zodoende staan we binnen 10 minuten met alle koffers weer buiten.

We rijden naar een oud en romantisch Frans dorpje, geen idee hoe het heet, het ligt in de buurt van Isodun. Voor de kerk op het pleintje staan alle NOS-wagens alweer. De techniek is opgesteld in een prachtige kerk met uitbundige bloementuin ervoor en ik struin wat rond terwijl Adriaan en Bert de muziek en techniek uittesten in de kerk. Het klinkt fantastisch. Ik film en fotografeer wat, loop de techneuten voor de voeten en merk dat de vermoeidheid toeslaat. Om kwart over 8 roept Jan Stekelenburg dat we gaan eten.

Aan tafel schuift Mart recht tegenover mij aan. Raclette is niet zijn favoriete maaltijd, maar ik val flauw van de honger en ben dolgelukkig met de grote gekookte aardappels en de bergen kleffe kaas. We hebben een goed gesprek over eten en vreten, vieze hotels en wat daar zoal gebeurt, over de pers en over dromen die nog niet zijn uitgekomen. Om half 10 gaan we terug naar de uitzendlocatie waar nu pas goed het licht kan worden ingesteld. Langzaam valt de duisternis in.

Glazen worden op tafel gezet, Bert oefent de teaser, oefent het loopje van de tafel naar het keyboard en dan, dan begint de uitzending! Ik zit er met mijn neus bovenop. Het filmpje met Bert is kort maar leuk en de muzikanten spelen foutloos. De rest van de uitzending bekijken we in de montagetent met leden van de crew. Het gaat alleen nog maar over oortjes. Het vuurwerk van 14 juli knalt en het is een wonderschone avond!